ECB hint op renteverlaging: beleggers reageren positief
Positieve updates van de ECB-beleidsbijeenkomst, we wachten op de Amerikaanse inflatiecijfers en Chinese monetaire indicatoren.
Positieve updates van de ECB-beleidsbijeenkomst, we wachten op de Amerikaanse inflatiecijfers en Chinese monetaire indicatoren.
In het kort
- Aanwijzingen van zowel de ECB als de Fed voor een mogelijke renteverlaging in juni
- Amerikaanse arbeidsmarkt blijft sterk, 275.000 nieuwe banen in februari
- China's houding tegenover de private sector lijkt te verbeteren
De recente bijeenkomst van de ECB bracht niet veel verrassingen, maar de gedeelde informatie was wel degelijk positief.
Frankfurt heeft de verwachte kerninflatie voor zowel 2024 (2,6%) als 2025 (2,1%) naar beneden bijgesteld. Hoewel ook de groeiverwachting voor dit jaar een lichte daling onderging, van 0,8% naar 0,6%, suggereert dit toch een versnelling van de economische dynamiek in de tweede helft van het jaar.
Christine Lagarde, voorzitter van de ECB, hintte op een mogelijke renteverlaging in juni, op voorwaarde dat loondynamiek enigszins getemperd wordt. Deze voorwaarde is niet nieuw, en recente loonakkoorden wijzen erop dat de opwaartse druk geleidelijk vermindert.
Deze ontwikkelingen werden door beleggers enthousiast ontvangen. Als resultaat sloot de langetermijnrente voor Duitsland (10 jaar) de week af met een daling van 14 basispunten, terwijl de Europe Stoxx 600-aandelenindex met 1,1% steeg. Het 'risk on'-sentiment kreeg hierdoor extra brandstof. De marktbeweging werd aanvankelijk bevestigd door het Amerikaanse arbeidsmarktrapport, totdat de technologiesector roet in het eten gooide. Desondanks blijft de boodschap van de arbeidsmarkt positief.
Arbeidsmarktrapport Amerika
In februari werden er 275.000 nieuwe banen gecreëerd, tegenover een verwachting van 200.000. Dit was deels te danken aan betere weersomstandigheden, aangezien winterstormen in januari veel werknemers thuis hielden. Desalniettemin is het een sterk cijfer.
Vanuit inflatieperspectief zagen we een gematigde toename van het gemiddelde uurloon (+0,1% ten opzichte van januari). De eerder genoemde weersomstandigheden hadden hier invloed op, vooral werknemers in lager betaalde functies bleven door de weersomstandigheden thuis, wat bij hun terugkeer leidde tot een daling van het gemiddelde loon.
Maar in een bredere context verwachten we dat de loondruk geleidelijk afneemt, onder ander omdat steeds minder werknemers van baan wisselen. Kortom, de sterke arbeidsmarkt lijkt geen obstakel voor renteverlagingen.
Amerikaanse inflatie
Deze week richten we onze aandacht op de nieuwe Amerikaanse inflatiecijfers, gemeten door de CPI-index (Consumer Price Index). De vorige meting leverde onaangenaam nieuws met een maand-op-maand stijging van 0,4% - boven verwachting waardoor twijfels ontstonden over de neerwaartse trend van het Amerikaanse inflatiemomentum.
Wij blijven vertrouwen houden dat de inflatie verder zal afnemen. Bij de vorige CPI-meting waren er enkele 'verdachte' bewegingen, zoals een onverwachte stijging in de woonkosten, die waarschijnlijk deze keer genormaliseerd zullen worden. Verder kwam de andere inflatiebarometer, de PCE (Personal consumption expenditures), netjes op verwachting uit.
Hoewel de strijd tegen inflatie in de VS nog niet volledig is gestreden, zoals Fed-voorzitter Powell tijdens zijn getuigenis voor het Amerikaanse Congres aangaf, blijft juni een realistisch scenario voor de eerste renteverlaging door de Federal Reserve.
5% Chinese groei
In China wachten we op diverse monetaire indicatoren, zoals de kredietverlening en geldgroei, die signalen kunnen geven van een snellere economische groei. Afgelopen week stelde Peking de groeidoelstelling voor 2024 opnieuw vast op ongeveer 5%, gelijk aan die van 2023, die net werd gehaald met 5,2%. Dit was echter grotendeels te danken aan een gunstige vergelijkingsbasis, aangezien het land in 2022 nog steeds kampte met de gevolgen van COVID-19.
Het blijft de vraag of de doelstelling dit jaar opnieuw gehaald wordt. Er is enige fiscale ondersteuning gepland, en de houding tegenover de private sector lijkt vriendelijker te worden, met maatregelen om de kredietverlening aan deze sector te stimuleren en de regelgeving te versoepelen, vooral in de vastgoedsector.
Hoewel deze maatregelen het economisch sentiment enigszins kunnen verbeteren, zoals sommige aankoopmanagersindices voorzichtig suggereren, zijn de aangekondigde plannen mogelijk niet voldoende om de noodzakelijke stimulans te bieden. De financiële markten reageerden dan ook tamelijk lauw, met een minimale stijging van de CSI 300-index met slechts 0,2% in de afgelopen week.
Belangrijke macro-economische publicaties |
Van 11 maart tot en met 15 maart |
|||
Publicatiedag |
Regio |
Publicatie van |
Periode |
Consensus |
Dinsdag |
VS |
CPI-inflatie MoM |
Feb |
0,4% |
|
|
CPI kern-inflatie MoM |
Feb |
0,3% |
|
China |
Uitstaande kredietverlening YoY |
Feb |
10,2% |
|
|
Geldgroei YoY (M2) |
Feb |
8,8% |
Woensdag |
Eurozone |
Industriële productie MoM |
Jan |
-1,0% |
Donderdag |
VS |
Kleinhandelsverkopen MoM |
Feb |
0,5% |
Vrijdag |
VS |
Industriële productie MoM |
Feb |
0% |
|
|
Consumentenvertrouwen (flash) |
Maa |
76,9 |
Luc Aben is hoofdeconoom bij Van Lanschot Kempen