Schenken aan neven en nichten? 6 aandachtspunten
We zetten zes aandachtspunten bij het schenken aan neven en nichten voor u op een rij.
1. Vrijstelling
De jaarlijkse vrijstelling voor neven en nichten is aanzienlijk lager dan die voor kinderen. Opmerkelijk is wel dat bij een schenking voor de eigen woning aan een neef of nicht – die daarvoor tussen de 18 en 40 jaar moet zijn – ook gebruik kan worden gemaakt van de zogenaamde jubelton, de eenmalig verhoogde schenkingsvrijstelling. Het maakt daarbij niet uit of uw neef of nicht de eigen woningschenking ook al van de eigen ouders heeft gekregen. De neef of nicht mag van deze eenmalige vrijstelling maximaal € 2.274 besteden aan iets anders dan de eigen woning. Bij een schenking tussen ouder en kind mag € 27.231 (2022) vrij besteed worden.
2. Schenkbelasting
De schenkbelasting voor een schenking aan neven en nichten is aanzienlijk hoger dan die bij een schenking aan kinderen. Een schenking tot € 130.425 (2022) aan een neef of nicht is belast met 30% en boven dit bedrag betalen zij zelfs 40%. Ter vergelijking: het tarief voor kinderen is 10% tot 20%.
3. Schenken vlak voor overlijden
Deze 180-dagenregeling geldt niet voor de schenking voor de eigen woning. Deze zou dus op het sterfbed kunnen plaatsvinden. De neef of nicht hoeft op dat moment nog geen eigen woning te hebben. Om voor de vrijstelling in aanmerking te komen, moet de woning uiterlijk in het tweede kalenderjaar na de schenking aangekocht worden.
Meer weten over uw mogelijkheden?
4. Familieverhoudingen
Schenken kan verwachtingen wekken, schenk daarom niet op hetzelfde moment. Als u altijd met kerst het vrijgestelde bedrag schenkt, dan kan de neef of nicht hier op gaan rekenen. Het kan dan zijn dat het u niet in dank wordt afgenomen als u een jaar niet schenkt. Dit voorkomt u door bijvoorbeeld het ene jaar met kerst te schenken en de volgende keer bij een verjaardag of trouwdag.
5. Zeggenschap
6. Minderjarige neefjes of nichtjes
De ouders van uw minderjarige neefje of nichtje moeten de schenking namens hun kind aanvaarden. Ook moeten zij dan de eventuele voorwaarden, zoals bijvoorbeeld bewind, aanvaarden. Het rendement op het geschonken vermogen is in principe voor de ouders. Dit noemt men ouderlijk vruchtgenot. Het is mogelijk in de (onderhandse) schenkingsakte te bepalen dat er geen sprake is van ouderlijk vruchtgenot. Het rendement op het geschonken vermogen komt dan ook aan uw neefje of nichtje toe.
Geschreven naar de stand van zaken op 4 januari 2022.