Visie op Asset Allocatie
- Is “hoger voor langer” houdbaar?
- Hogere rentes, dalende aandelen geeft krappere financiële condities.
- Beleggingsbeleid: aankoop Japanse aandelen ten laste van Europese aandelen en cash
September bleek een reality check voor de markten en de potentiële kosten van een veerkrachtigere Amerikaanse economie in de vorm van een tragere daling van de inflatie en depositorentes die voor een uitgebreide periode hoog blijven. Het marktsentiment draaide om het thema "langer hoger", wat leidde tot een drastische herprijzing op de obligatiemarkten, waardoor de obligatierente nieuwe hoogtes bereikte. De aandelenmarkten kenden dan ook een brede sell-off, waarbij de correlatie tussen aandelen en obligaties positief werd.
De MSCI World index daalde met 1.70% en de index voor opkomende markten met 0.20%. Ondertussen daalde de Bloomberg Aggregate Bond index met 2,9%. In vastrentende waarden bereikte de rente op 10-jaars staatsobligaties nieuwe hoge niveaus, onder andere in de VS (4,61%) en Duitsland (2,93%).
De Amerikaanse Federal Reserve besloot de rente te handhaven op 5,5%. Hoewel dit voldeed aan de marktverwachtingen, zinspeelde de Fed op extra renteverhogingen in de nabije toekomst, wat de verwachting van aanhoudend hoge rentes versterkte. Het Federal Open Market Committee (FOMC) zei dat het zeer alert bleef op inflatierisico's, waarbij het aangaf dat de arbeidsmarkt en de economische activiteit sterk blijven. Tegen het einde van de maand dreigde een mogelijke shutdown van de overheid, maar deze werd voorkomen dankzij een akkoord in de Amerikaanse Senaat, waardoor de overheidsfinanciering tot medio november werd gegarandeerd. De algemene inflatie op jaarbasis (j-o-j) kwam boven verwachting uit op 3,7%, wat hoger was dan de 3,2% van de vorige maand.
De kerninflatie op jaarbasis kwam uit op 4,3%, wat in lijn was met de verwachtingen en lager dan het vorige cijfer van 4,7%. Elders waren de cijfers uit de VS overwegend gemengd, waarbij de arbeidsmarkt tekenen van veerkracht toonde. De werkeloosheidsaanvragen daalden naar een laagste punt in zeven maanden, maar het werkloosheidscijfer was hoger dan de voorspelde 3,5% en kwam uit op 3,8%. Brent ruwe olie steeg met 10% naar $95 per vat, volgend op de verlenging van de productieverlagingen door Saoedi-Arabië.
In Europa hebben zowel de Europese Centrale Bank (ECB) als de Bank of England hun rentetarieven met 25 basispunten verhoogd. De ECB verhoogde de rente met 25 basispunten - de tiende opeenvolgende verhoging - zodat de benchmarkrente voor deposito's naar een recordhoogte van 4,0% ging. De ECB gaf aan dat haar cyclus van verhogingen bijna ten einde was. De inflatie in de eurozone daalde van 5,2% in augustus naar 4,3% in september, het laagste niveau in bijna twee jaar. De kerninflatie (exclusief energie en voedsel) daalde van 5,3% naar 4,5%. De groter dan verwachte daling van de inflatie betekent dat het waarschijnlijk is dat de ECB de referentierente in de eurozone nu op 4% zal laten staan. De economische vooruitzichten zijn de afgelopen maanden verslechterd door een dalende industriële productie, vertragende handel met China en gedrukte consumentenbestedingen als gevolg van hoge inflatie en stijgende financieringskosten. De samengestelde inkoopmanagersindex (PMI) voor de eurozone steeg licht van 46,7 naar 47,1 in september. De index, die de activiteit bij zowel dienstverlenende als productiebedrijven in de hele eurozone meet, is lager dan 50, wat aangeeft dat bedrijven krimpen.
De economische vooruitzichten van China leken veelbelovender. Recente gegevens lieten beter dan verwachte cijfers zien voor de detailhandelsverkopen en de industriële productie.
De vooruitkijkende PMI voor de verwerkende industrie van de NBS keerde in september terug naar het "expansie"-gebied (50,2), terwijl ook de niet-verwerkende industrie sneller groeide (51,7). De nood in de vastgoedsector bleef een punt van aandacht - met name Evergrande blijft een terugkerende bron van zorg - maar Peking wilde graag steun betuigen, dit keer door de reserveverplichtingen voor banken te versoepelen. In Japan hield de Bank of Japan haar beleidskoers ongewijzigd en handhaafde haar eerder verruimde zogenaamde Yield Curve Control.
Gezien de marktvolatiliteit hebben we vastgehouden aan onze voorzichtige beleggingsstrategie.
We zijn echter positiever over Japan en hebben daarom onze allocatie in Japanse aandelen verhoogd. We hebben dit deels gefinancierd ten koste van de allocatie naar Europese aandelen en deels uit cash. De economische vooruitzichten in Europa zijn somber en we vinden de winstverwachtingen te optimistisch. Gezien de dalende inflatie en de slechte groeivooruitzichten achten wij de kans groter dat centrale banken de rente eerder dan verwacht verlagen. Hierdoor is het monetaire beleid volgens ons minder een direct negatieve factor voor aandelen. We blijven echter onderwogen en dit komt grotendeels door de zwakke economische groei die we verwachten.
In de bijlage vindt u onze Asset Allocation Update voor de maand oktober.