Tegenbewijsregeling box 3: wat betekent dit voor vastgoed in Nederland?
Welk vastgoed in box 3?
Wat betekent de voorgestelde tegenbewijsregeling voor de box 3-belasting over je vastgoed in Nederland? In deze blog zetten we dat voor je op een rij. Daarna krijg je een uitgebreid rekenvoorbeeld.
Forfaitair rendement
Heb je een lening voor het vastgoed afgesloten? Dan is een forfaitaire rente over de lening aftrekbaar in box 3. Voor 2025 is de forfaitaire rente op schulden nog niet bekend. Voorlopig wordt uitgegaan van 2,62%. Na afloop van het kalenderjaar wordt de forfaitaire rente definitief bepaald. Je moet hierbij wel rekening houden met de schuldendrempel van € 3.800 per persoon.
Werkelijk rendement
Volgens het wetsvoorstel wordt een tegenbewijsregeling in box 3 ingevoerd. Op basis van de tegenbewijsregeling mag je in box 3 uitgaan van het werkelijk rendement als dit lager is dan het forfaitaire rendement. In het wetsvoorstel worden de uitspraken van de Hoge Raad als uitgangspunt genomen.
Op basis van het wetsvoorstel bestaat het werkelijk rendement uit de directe opbrengsten en de vermogensaanwas. Voor vastgoed betekent dit – kort gezegd – het volgende:
- de directe opbrengsten zijn de huurinkomsten in het jaar van ontvangst.
- de vermogensaanwas is het verschil tussen de waarde aan het einde en aan het begin van het jaar, ofwel de waardeverandering van het vastgoed in het betreffende jaar. Bij de waardering bestaat onderscheid tussen woningen en niet-woningen.
Waardering woningen
Aandachtspunt: bij een box 3-woning die wordt verhuurd wordt mogelijk de leegwaarderatio toegepast!
Waardering niet-woningen
Geen kostenaftrek
Een waardestijging als gevolg van een investering in het onroerend goed, zoals verbetering of uitbreiding van de woning, hoeft niet te worden meegenomen. Voor woningen geldt dit alleen als de WOZ-waarde van het volgend jaar is herzien vanwege de verbouwing (herziene WOZ-beschikking op basis van artikel 18, derde lid Wet WOZ).
Aandachtspunt: in de praktijk kan het zeer lastig zijn om te bepalen welke kosten kwalificeren als onderhoud en welke kosten kwalificeren als verbetering. Bespreek met je fiscalist hoe dit onderscheid in jouw situatie moet worden gemaakt.
Betaalde rente voor box 3-schulden
Eigen gebruik
Om te laten zien hoe de tegenbewijsregeling voor vastgoed in Nederland werkt, geven we hierna een rekenvoorbeeld voor het jaar 2023.
Voorbeeld
Forfaitaire box 3-heffing in 2023
Rendement overige bezittingen | 6,17% x € 400.000 x 84% (leegwaarderatio) = | € 20.731 |
Rente schulden | 2,46% x € 100.000 -/- € 3.400 (drempel) = | € 2.376 -/- |
Forfaitair rendement | € 18.355 | |
Effectief rendementspercentage | € 18.355 / € 239.400 = | 7,67% |
Box 3-grondslag | € 239.400 -/- € 57.000 = | € 182.400 |
Box 3-inkomen | 7,67% x € 182.400 = | € 13.990 |
Box 3-heffing | € 13.990 x 32% = | € 4.476 |
Werkelijk rendement in 2023
Directe opbrengsten (huur) | 12 x € 1.000 = | € 12.000 |
Vermogensaanwas (WOZ-waardestijging) | (€ 415.000 -/- € 400.000) x 84% | € 12.600 + |
Renteaftrek | € 100.000 x 3% | € 3.000 -/- |
Kostenaftrek | niet mogelijk | € 0 -/- |
Werkelijk rendement | € 21.600 | |
Box 3-heffing | € 21.600 x 32% | € 6.912 |
Of het gebruik van de tegenbewijsregeling in jouw situatie interessant is, is afhankelijk van je persoonlijke situatie. Overleg met je fiscaal adviseur over de gevolgen van het wetsvoorstel tegenbewijsregeling box 3 voor jouw situatie.
Hoe gaat het nu verder?
Het wetsvoorstel moet nu door de Tweede en Eerste Kamer worden goedgekeurd. In de tussentijd hoef je niets te doen. Je ontvangt van de Belastingdienst een brief zodra het mogelijk is om het werkelijk rendement door te geven. Naar verwachting is dit mogelijk vanaf de zomer 2025 met het formulier ‘Opgaaf werkelijk rendement (OWR)’.
Dit is de tweede blog in de serie over wetsvoorstel tegenbewijsregeling box 3. Lees ook onze eerdere blogs:
Geschreven naar de stand van zaken op 21 maart 2025.